“Als je niet weet waar je heen gaat, zal elke weg je daar brengen.”

Etappe 15

25 juli – van Aubenas naar Cardet – 104,48 km

Ik voel me fit en uitgerust van een extra nacht in het hotel, vroeg op en hoef ik mij geen zorgen te maken over het ontbijt. Bij het buffet kan ik alles pakken en ik neem wat extra’s mee voor onderweg. Ik heb zin in de dag.

De eerste 50 kilometers zijn relatief vlak en ik passeer een paar mooi belichte tunnels.

Rond 12 uur heb ik al een aardige afstand afgelegd, ik neem een iets langere pauze in de schaduw, eet een stevig  stuk brood en fiets verder.

Het terrein wordt een stuk ruiger, veel korte steile klimmetjes op dikke stenen. Op veel stukken lukt het niet om te fietsen, té stijl en mijn banden zijn dun waardoor ik weinig grip heb. Op veel stukjes duw ik al lopend mijn fiets om hoog, erg zwaar als de zon vol op je gezicht staat.

De temperatuur staat op 42 graden. Tijdens het duwen op een stukje van zo’n 15% voel ik me licht worden in mijn hoofd en mijn hart klopt wel erg hard. Ik zal even tot rust moeten komen en zoek een plek om te rusten. Mijn voorhoofd is een waterval van zweet, ik ben midden in een bos waarvan ik niet precies weet waar het eindigt en heb nog maar een klein beetje water. Dit beangstigt me omdat ik hier waarschijnlijk een tijdje zal moeten rusten en afkoelen.
Ik heb het gevoel flauw te gaan vallen, ik drink mijn laatste beetje water en eet flink wat haribo’s om de suikers aan te vullen.
Het zijn 2 ongemakkelijke uren waarna ik weer een beetje op energie kom.

De volgende 15 kilometer zijn over mooie gravel paadjes.

Hierna volgt weer een vrij ingewikkeld parkoer. De weg ernaar toe is afgesloten, maar de route zou hier toch echt langs moeten lopen, het lukt verderop om door een gat in het hek te komen. De natuur heeft het aardig overgenomen en het is moeilijk te zien waar de paden lopen.

Er zijn een paar flinke drops en zelfs met de fiets op mijn rug is het op sommige stukken moeilijk om af te dalen. Mijn armen voelen flink gebruikt en de fiets krijgt heel wat te verduren, ik heb hem een aantal een paar keer laten glijden. Gelukkig is alles nog heel.

Aan het einde is nog een barrière gemaakt. Op de foto lijkt het misschien niet ingewikkeld, maar als je vermoeid bent is het een aardige uitdaging om hier voorbij te komen. De fiets kan er nét niet onderdoor door de  stenen, je moet er dus overheen. Ik besluit om mijn fiets als eerste in het metaal profiel te tillen, en terwijl ik de fiets in balans probeer te houden klim ik op de balk om de fiets er aan de andere kant er weer vanaf te tillen.

Om 8 uur vind ik een camping, het is eentje met alleen maar Nederlanders. Er nog 1 plekje vrij waar een lege caravan staat. Tijdens het opzetten van mijn tent komt een aardige buur naar mij toe om te vragen of ik zin in patat heb, even later drinken we samen een biertje. Een mooi einde van een behoorlijk pittige dag. Het is aan mijn voeten ook wel af te zien.

Later lees ik dat het deel dat ik vandaag gefietst heb door anderen is ervaren als een van de zwaarste ettapes uit de EDT.

De route die ik de afgelopen dagen gevolgd heb zou mij tot het zuiden van Portugal kunnen brengen, hij loopt op zo’n 100km vanaf de oost kust dus redelijk binnenlands.Gezien de extreme temperaturen in het binnenland, en de risico’s die het warme weer met zich mee brengt, zoals ik die vandaag opniew heb ervaren, is dit jammer genoeg geen optie meer.

Deze route bewaar  ik voor een volgende keer, en dan trouwens sowieso met dikkere banden.

Vlak langs de kust is het 10 graden koeler als in het binnenland, dit is een optie. Máár de noordkust is nog een stuk koeler en ik heb besloten om daar naar toe te gaan. Dat betekent dat ik de Pyreneeën, omdat ik van een uitdaging houd ga ik proberen zoveel mogelijk hoogtemeters mee te pakken. Aan het einde van de zomer word er een wedstrijd de ‘Trans pyrenees’ gehouden, met veel hoogtemeters / colletjes en dus mooie uitzichten, het lukt om de gps bestanden hiervan te downloaden, dit is de route die ik ga volgen.

Etappe 16

26 juli – van Cardet naar Balaruc-le-Vieux – 98,05 km

Vandaag fiets ik langs Montepelier, achteraf gezien  had ik dit beter kunnen vermijden.

Wat een ongelofelijke gekkenboel het is duur en overal ligt glas op de weg.
Er zijn een aantal bruggen waar fietspaden zijn apart van de auto’s, maar het lijkt er op dat de wegen wel worden schoongemaakt maar dat de troep (glas) naar de zijkant wordt geveegd en dus op het fietspad beland. Honderden meters bezaaid met glas. Ik besluit om te gaan lopen met de fiets omdat ik er een beetje gestrest van word.

Op de kaart is te zien dat de Pyreneeën het koelste stukje europa is. Vanavond slaap ik in een hele kleine hotel kamer, mijn fiets past er net in.

Na deze hysterische dag door de stad fietsen kijk ik uit naar de Pyreneeën! Lekker de natuur in.

Etappe 17

27 juli – van Balaruc-le-Vieux naar Tautavel – 150,75 km

Een dag die ik niet zal vergeten.

Om 7 uur ben ik vertrokken, ik start de dag met een croissant en een kop koffie.
De eerste 70 km is vooral door stedelijk gebied. Er is een harde zeewind en dat maakt de temperatuur aangenaam, het voelt als de eerste dag waarbij het geen strijd is met de warmte.

Er volgen een paar klimmetjes, op de eerste bergtop van vandaag die zo’n 200 meter hoog is, heb ik een mooi uitzicht op de écht hoge pieken. De klim gaat door tot zo’n 400 meter hoogte, over grof gravel.

Er is hier niemand, het is stil en de uitzichten zijn adembenemend mooi. Zweet drupt langs mijn ogen, het enige geluid dat ik hoor, is het knarsend geluid van mijn banden over de stenen. Ik ga hooguit 8 km per uur.

Tijdens de klim komt er van achteren een hond naar mij toe lopen, hij gaat sneller dan het mij lukt om te fietsen.
Honden zijn mijn grootste angst in het zuiden, omdat ze vaak slecht getraind zijn.
De hond is bijna bij mij, ik ben gespannen omdat ik niet weet hoe hij zal reageren. Ik ben inmiddels stil gaan staan met de fiets tussen mij en de hond om mij te kunnen verdedigen. Maar hij loopt heel rustig om de fiets heen en komt naast mij zitten, het blijkt een bijzonder lieve hond. Ik blijf een tijdje staan in de hoop dat er nog een baasje komt aanlopen, maar die lijkt er niet te zijn.

Ik fiets verder, de hond blijft mij vervolgens volgen en als ik stop stopt hij ook, als ik afdaal zet hij het op het sprinten.

De hond volgt mij mee tot de top. Ook bij de afdaling tot 25km p/u blijft hij naast me lopen.
Gezellig, maar ik hoop maar dat hij weer bij zijn eigenaar terug komt.

Een bijzondere ervaring, na zo’n 30km kan hij me bij een lange afdaling niet bijhouden en ik besluit niet op hem te wachten. Ik attendeer een vrouwtje in het dorpje verder op, op de loslopende hond, ik laat foto’s zien en ze besluit er naar toe te gaan. Hopelijk komt hij weer goed terecht.

Het was een bijzondere dag, hier in de natuur voel ik mij het meest in mijn element. Ik tref een camping aan met maar een paar plekken en een fantastisch uitzicht.

Etappe 18

28 juli – van Tautavel naar Axat – 46,87 km

Tegenover mij op de camping staat een nederlands gezin, bij het oppakken van mijn tent nodigen zij me uit om te komen ontbijten. Het zijn erg aardige mensen en ik geniet van een typisch nederlands ontbijt met hagelslag en pindakaas.

Vandaag maak ik niet te veel kilometers, er staan mij namelijk een hoop hoogtemeters te wachten en daar wil ik mij fysiek op voorbereiden. Op de camping doe ik het nodige onderhoud aan mijn fiets en heb ik mijn eerste boek uitgelezen, Magnus van Arjen Lubach.

Etappe 19

28 juli – van Axat naar Ascou – 62,47 km

6 uur staat de wakker, om 7 uur vertrokken. Het is bewolk en rond de 20 graden, perfect voor de klimmetjes die gaan komen. Na de eerste klim tot 1100m begint het hard te regenen, onweer en later zelf hagel. Het weer in de bergen is onvoorspelbaar, en waarschijnlijk plaatselijk. Ik heb geen mobiele ontvangst om de weerberichten te checken. Afdalen moet langzaam want de schijfremmen werken in dit weer nauwelijks en het is koud!

Gezien het extreme weer en voornamelijk het onweer, twijfel ik of het verstandig is de tweede klim tot 2000m ook te doen. Ik schuil bij een leegstaand huis en probeer een en ander route uit te zoeken, maar mijn telefoon is doordat alles nat is onbedienbaar en er blijkt ook hier überhaupt geen netwerk ontvangst te zijn.
Geen andere mogelijkheid dan door te gaan dus. Gelukkig klaart het al vrij snel daarop op. Met soppende Allstars klim ik naar de top.

Het klimmen gaat eigenlijk een stuk gemakkelijker dan ik had verwacht.
Op de 1e col staan aan de top varkens, en op de 2001 meter top staat een groep paarden midden op de weg. Het is een geweldige afdaling naar beneden met nauwelijks auto’s.

Om half 4 passeer ik een camping, liever wil ik nog verder, maar ik weet niet wat er verderop qua eten/ slapen is. Er is hier vrij weinig. De camping heeft een restaurant, een goede burger, ‘gemaakt door mij vrouw’ verteld de bediende trots.

Etappe 20

30 juli – van Ascou naar Oust – 113,42 km

Wat een uitzichten!

Mooie klimmen en de mooiste uitzichten tot nu toe. Het fietsen gaat mij vrij gemakkelijk af, ’s avonds op een camping waar ik wat kan eten en 2 grote bier drink. De perfecte dag!

Etappe 21

31 juli – van Oust naar Portet-d’Aspet– 52,99 km km

🥵🥵 ongelofelijk een zware rit

Laat gestart en ik kom moeilijk op weg. De klimmen zijn stijl, maak weinig km’ers, mentaal is het zwaar. Ik heb een aantal moment waar ik me af vraag waar ik mee bezig ben en ik wil eigenlijk wel naar huis.

Ik kom op een rustige camping, hier warm ik noedels en een blik paella op. Ik voel me gelijk een stuk beter. Het fietsen in de bergen is intensief met een (relatief) zware fiets en bepakking. De Transpyrenees is misschien een iets te ambitieus plan geweest, vanaf morgen ga ik iets meer naar het noorden om wat hoogtemeters te mijden.